Optimalisatie pensioen: Verloonde uren voor pensioenaangifte (Sector Metaalnijverheid)

Na verschillende overleggen met PGGM kwamen we een aantal afwijkingen tegen in de looninrichting voor het berekenen van de verloonde uren voor de pensioenaangifte (PMT).

De volgende situaties werden niet de juiste verwerkingen gedaan:
  • Gebruik van normuren: Normuren, contracturen en parttime percentages werden niet altijd op dezelfde manier geïnterpreteerd door PGGM. Dit leidde tot afwijkende berekeningen van de uren voor regeling.
  • Meeruren voor regeling bij fulltimers: Uren voor regeling werd een hoger aantal uur doorgegeven dan het maximum volgens de PMT-regeling. Bij een fulltime dienstverband mag dit maximaal gelijk zijn aan de normuren. De meeruren tellen uiteraard mee voor de premieberekening maar mogen niet de normuren overstijgen.
  • Onjuiste afronding van verloonde uren: De berekening van normuren per maand (bijvoorbeeld 38 uur/week = 164,67 uur/maand) werd soms afgerond door de samenloop 2 afzonderlijke uurwaardes. Als voorbeeld in de situatie van de generatieregeling worden 2 afzonderlijke afgeronde uurwaardes bij elkaar opgeteld, hierdoor kon een afronding ontstaan die leiden tot een ongewenst parttime percentage van 99% in plaats van 100%.
  • Parttime percentage voor oproepkrachten: Het aangeleverde parttime percentage tbv pensioen voor oproepkrachten wordt standaard 0%. De aangeleverde verloonde uren zullen voor PGGM leidend zijn voor de berekening


  • We hebben de looninrichting aangepast in de volgende looncomponenten. Daarmee zijn de bovenstaande afwijkingen opgelost:
  • 112.004.612 ‘Pensioen: verloonde uren basispensioen’
  • 112.004.626 ‘Pensioen: verloonde uren excedentpensioen.
  • 112.004.523 ‘Pensioen: contracturen
  • 112.004.601 ‘Parttime percentage tbv pensioenaangifte’