Waarom kan ik een looncomponent niet kiezen bij het boeken van een loonmutatie?

Je kunt in Profit variabele en vaste loonmutaties boeken. Variabele loonmutaties, die elke periode anders kunnen zijn, leg je vast via Boeken loonmutaties. Vaste loonmutaties, die voor langere tijd gelden, leg je vast op het tabblad Looncomponent bij de medewerker.

Als je een looncomponent niet kunt kiezen via Boeken loonmutaties of bij het toevoegen op het tabblad Looncomponent, controleer je een aantal instellingen.

Variabele loonmutatie

Je kunt in Profit per looncomponent bepalen of je de looncomponent gebruikt voor variabele loonmutaties. Je bepaalt dit per parameter van de looncomponent.

Mutatieniveau variabele loonmutaties:

  1. Ga naar: HRM / Organisatie / Cao.
  2. Open de eigenschappen van de cao.
  3. Ga naar het tabblad: Looncomponent.
  4. Open de eigenschappen van de looncomponent.
  5. Ga naar het tabblad: Parameter.
  6. Open de weergave: LC parameters (gekoppeld).

    Profit toont alleen parameters die daadwerkelijk zijn ingericht.

  7. Open de eigenschappen van de parameter.
  8. Bepaal of je voor deze parameter mutaties via het boekingsprogramma toestaat.

Klik op: Opslaan en sluiten.

Vaste loonmutatie

Je kunt in Profit per looncomponent bepalen of je de looncomponent gebruikt voor vaste loonmutaties. Je bepaalt dit per parameter van de looncomponent.

Voorbeeld:

Je wilt voor één medewerker de vakantietoeslag uitbetalen in maart.

Voor de parameter 'Periode uitbetalen' in de looncomponent 'Vakantietoeslag' sta je mutaties bij de medewerker toe.

Je kunt nu de parameter bewerken op medewerkerniveau.

Mutatieniveau vaste loonmutaties:

  1. Ga naar: HRM / Organisatie / Cao.
  2. Ga naar het tabblad: Looncomponent.
  3. Open de eigenschappen van de looncomponent.
  4. Ga naar het tabblad: Parameter.
  5. Open de weergave: LC parameters (gekoppeld).

    Profit toont alleen parameters die daadwerkelijk zijn ingericht.

  6. Open de eigenschappen van de parameter.
  7. Bepaal of je voor deze parameter mutaties op medewerker- en/of werkgeverniveau toestaat.

Klik op: Opslaan en sluiten.

Je kunt per looncomponent bepalen of Profit de looncomponent toont onder de eigenschappen van de medewerker en/of werkgever. Hiermee houd je de selectie van de looncomponenten overzichtelijk bij het toevoegen van een nieuw looncomponent op medewerker- en/of werkgeverniveau. Je voorkomt hiermee dat gebruikers verkeerde looncomponenten toevoegen bij de medewerkers en/of werkgevers.

Looncomponent tonen bij de medewerker en werkgever:

  1. Ga naar: HRM / Organisatie / Cao.
  2. Ga naar het tabblad: Looncomponent.
  3. Open de weergave: Alle looncomponenten en pas het filter aan zodat je alleen de geactiveerde looncomponenten ziet. Zet hiervoor een J in het snelfilter bij de kolom Geactiveerd.
  4. Open de eigenschappen van de looncomponent.
  5. Ga naar het tabblad: Geavanceerd.
  6. Bepaal of Profit de looncomponent toont bij de medewerker en/of werkgever.