Persoonsgebonden aftrek
Soms zijn er persoonlijke omstandigheden waardoor je extra uitgaven hebt. Heb je extra uitgaven voor bijvoorbeeld zorg, studie en giften? Sommige van die extra kosten mag je aftrekken in de aangifte inkomstenbelasting. Dat is je persoonsgebonden aftrek.
Heb je meer kosten dan inkomen? Het BOX 1-inkomen mag door de persoonsgebonden aftrek niet negatief worden. Het deel dat niet helemaal in BOX 1 aftrekbaar is, trek je af van het BOX 3-inkomen. Houd je dan nog aftrek over, dan is het restant aftrekbaar in BOX 2. Een daarna overblijvend restant van de persoonsgebonden aftrek schuift door naar volgend jaar. Het restant wordt dan verrekend met het inkomen in een volgend jaar. Verrekening met voorgaande jaren is niet mogelijk.
Meer informatie:
Wat valt onder persoonsgebonden aftrek
Persoonsgebonden aftrekposten zijn:
- Betaalde (partner)alimentatie en andere uitgaven voor onderhoudsverplichtingen;
- Uitgaven voor specifieke zorgkosten;
- Uitgaven voor tijdelijk verblijf thuis van ernstig gehandicapten;
Het gaat hier bijvoorbeeld om uitgaven voor weekendbezoek van gehandicapten vanaf 21 jaar die in een Wlz-instelling verblijven. De uitgaven voor halen en brengen en extra kosten die het verblijf bij jou thuis met zich meebrengen zijn aftrekbaar.
- Studiekosten en andere scholingsuitgaven;
Het gaat hier om studiekosten of andere scholingsuitgaven voor een studie die gericht is op verwerving, behoud of verbetering van de inkomenspositie. Je fiscale partner mag deze uitgaven ook voor jou hebben gedaan. Sommige uitgaven zijn niet aftrekbaar. Daarnaast geldt voor de aftrek van studiekosten een drempel van € 250,- per persoon. Buiten de standaardstudieperiode zijn kosten maximaal tot € 15.000,- aftrekbaar.
- Aftrekbare giften;
Of je een gift mag aftrekken hangt af van de instelling waaraan je de gift doet en op welke manier je de gift doet. Voor de giften die je wilt doen, is het belangrijk om na te gaan of de instelling waaraan je wilt geven, door de Belastingdienst als ‘goed doel’ is erkend. Als dat (nog) niet het geval is, is de gift niet aftrekbaar! Let dus goed op aan welke voorwaarden de gift moet voldoen om aftrek te kunnen krijgen.
- Persoonsgebonden aftrek over vorige jaren.
Is de persoonsgebonden aftrek niet helemaal te verrekenen met het inkomen in box 1, 3 of 2? Dan wordt het restant van de persoonsgebonden aftrek verrekent met het inkomen in een volgend jaar.
Klik hier voor meer informatie over persoonsgebonden aftrekposten.
Uitgaven voor onderhoudsverplichtingen
De alimentatie die wordt betaald aan een ex-echtgenoot kan als persoonsgebonden aftrek (onderhoudsverplichtingen) worden afgetrokken. Alimentatie kan de vorm hebben van:
- Betaalde onderhoudsverplichting in de vorm van woongenot
De onderhoudsverplichting woongenot, dat is verstrekt aan de ex-partner. Het woongenot is het deel van de het berekende eigenwoningforfait van de betreffende woning voor de ex-partner. Dit geldt voor de periode dat de belastingplichtige in dit jaar uit de eigen woning is vertrokken en de ex-partner is achtergebleven (is blijven wonen). Bron: Wet IB 2001, art 6.3
- Betaalde onderhoudsverplichting in de vorm van hypotheekrente
De onderhoudsverplichting alimentatie voor de ex-partner betaalde hypotheekrente op de eigenwoningschuld die betrekking heeft op de eigen woning die belastingplichtige heeft verlaten, en de ex-partner is blijven wonen. Bron: Wet IB 2001, art 6.3
- Alimentatie als periodieke betaling;
- een afkoopsom ineens;
- ouderdomspensioen dat je als partneralimentatie doorbetaalt;
- betalingen in verband met de verrekening van rechten op periodieke uitkeringen (bijvoorbeeld pensioenrechten);
- verhaalde bijstand. Dit zijn bedragen die de gemeente op de aangever verhaalt in verband met een bijstandsuitkering aan een ex-echtgenoot;
- andere onderhoudsverplichtingen, zoals pensioenbetalingen aan vroeger huispersoneel of periodieke betalingen voor verplichtingen tot schadevergoeding;
- een deel van het eigenwoningforfait, als uw ex-partner in de eigen woning blijft wonen.
Let op:
Volgens de berichtspecificatie van de Belastingdienst is het mogelijk om één ex-partner op te geven in de aangifte. Je kunt daarom geen tweede ex-partner invullen.
Voor inkomens vanaf € 73.031 geldt dat per 1 januari 2023 de betaalde partneralimentatie aftrekbaar is tegen maximaal 36,93%.
Bepaalde zorgkosten mag je aftrekken bij je aangifte inkomstenbelasting. Je betaalt daardoor minder belasting. De zorgkosten die je mag aftrekken worden de specifieke zorgkosten genoemd. Klik hier voor meer informatie over welke kosten dit zijn en hoe je de aftrek berekend. Je moet aan bepaalde voorwaarden voldoen om zorgkosten te mogen aftrekken. Je mag soms ook de kosten aftrekken die u voor anderen maakt. Klik hier voor meer informatie over de voorwaarden van de aftrek van zorgkosten.
Let op!
Wanneer je in de aangifte inkomstenbelasting bij één van de partners specifieke zorgkosten opgeeft, kunnen de specifieke zorgkosten niet meer ingevuld worden in de aangifte van de partner. Tel de specifieke zorgkosten van aangever en partner bij elkaar op en vul vervolgens het totale bedrag aan specifieke zorgkosten in één van beide aangiften in.
Specifieke zorgkosten zijn ziektekosten zoals kosten voor medicijnen, maar bijvoorbeeld ook kosten voor hulpmiddelen. In het overzicht zorgkosten op de website van de Belastingdienst zie je per jaar welke kosten aftrekbaar, deels aftrekbaar of niet aftrekbaar zijn.
Hoe bereken ik de aftrek specifieke zorgkosten?
Je bepaalt in drie stappen het totaal van de aftrekbare specifieke zorgkosten:
- Bekijk welke kosten aftrekbaar zijn. Daarna kun je het totaal van de aftrekbare zorgkosten berekenen.
Je mag deze kosten niet aftrekken als die onder het verplicht en/of vrijwillig eigen risico vallen.
- Tel eventueel de verhoging specifieke zorgkosten op bij de kosten.
- Verminder de totale specifieke zorgkosten met het drempelbedrag. Het bedrag dat overblijft mag je aftrekken.
Je mag namelijk alleen het deel van de kosten aftrekken dat uitkomt boven het drempelbedrag.
Klik hier voor meer informatie over de berekening van het aftrekbaar bedrag specifieke zorgkosten.
Hoe krijgt je aftrek voor zorgkosten?
Wil je de zorgkosten die je maakt aftrekken? Dan moet je hiervoor aangifte doen. Als je digitaal aangifte doet, wordt de aftrek automatisch berekend.
Uitgaven voor: |
Extra toelichting 2023: |
Genees- of heelkundige hulp |
Van de genees- en heelkundige hulp zijn de kosten aftrekbaar voor:
|
Voorgeschreven medicijnen |
Je mag alleen de kosten aftrekken voor medicijnen die een naar Nederlandse maatstaven bevoegde arts heeft voorgeschreven. Dit kunnen ook homeopathische medicijnen zijn. Uitgaven voor producten ter voorkoming van een ziekte zijn niet aftrekbaar. Alleen uitgaven voor medicijnen die als geneesmiddel worden gebruikt, zijn aftrekbaar. |
Hulpmiddelen |
Je mag de kosten voor bepaalde hulpmiddelen aftrekken. Maar alleen als de kosten die je betaalt niet onder het verplicht en vrijwillig eigen risico of verplichte eigen bijdrage vallen. Hulpmiddelen zijn voorzieningen of apparaten die hoofdzakelijk door zieke of invalide personen worden gebruikt. Het kan bijvoorbeeld gaan om een voorziening die je in staat stelt om een normale lichaamsfunctie te verrichten, zoals een prothese of een hoortoestel. Ook voor andere medische hulpmiddelen geldt de voorwaarde dat deze hoofdzakelijk door zieke of invalide personen worden gebruikt. Met kosten bedoelen we de kosten die je maakt voor het kopen, onderhouden, repareren en verzekeren van deze hulpmiddelen. De kosten voor bijvoorbeeld de volgende hulpmiddelen zijn aftrekbaar:
|
Vervoer |
Het kan zijn dat je door ziekte of invaliditeit hoge vervoerskosten maakt. Wil je deze kosten aftrekken? De volgende uitgaven zijn aftrekbaar:
|
Dieetkosten |
Volg je een dieet op voorschrift van een arts of diëtist? Dan mag je een vast bedrag voor deze kosten aftrekken. Volgt 1 van de gezinsleden of huisgenoten ook een dieet? Dan kun je ook voor dat dieet een vast bedrag aftrekken als dieetkosten. U moet dan wel een dieet volgen dat in 1 van de dieetlijsten staat genoemd. In de dieetlijst staat het vaste bedrag dat je voor een bepaald jaar als dieetkosten mag aftrekken. |
Extra gezinshulp |
Je mag onder de volgende voorwaarden uitgaven voor extra gezinshulp aftrekken:
|
Extra kleding en beddengoed |
Je mag voor de kosten van extra kleding en beddengoed per jaar een vast bedrag aftrekken. In 2023 is het vaste bedrag € 310,-. Als aangetoond kan worden dat de extra uitgaven hoger zijn dan € 620,-, wordt het vaste aftrekbedrag verhoogd tot € 775.
|
Reiskosten ziekenbezoek |
€ 0,21 per km als per auto werd gereisd. De werkelijke kosten als op een andere wijze werd gereisd (trein, bus, taxi). Daarnaast moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan: De reiskosten zijn het gevolg van ziekte of invaliditeit van:
|
Drempel gezinshulp 2023
De drempel van de gezinshulp wordt als volgt berekend:
Drempelinkomen meer dan € |
Maar niet meer dan € |
Drempel € |
- |
35.287 |
Geen |
35.288 |
52.928 |
1% van drempelinkomen |
52.929 |
70.561 |
2% van drempelinkomen |
70.562 |
- |
3% van drempelinkomen |
Het drempelinkomen is het totaal van de inkomsten en aftrekposten in BOX 1, 2 en 3, maar zonder het persoonsgebonden aftrek. Als je het hele jaar een fiscale partner hebt, neem dan het drempelinkomen van jou en de fiscale partner samen.
Drempelbedrag specifieke zorgkosten
Alleen het deel van de zorgkosten dat boven een bepaalde drempel uitkomt mag worden afgetrokken. De hoogte van deze drempel hangt af van het drempelinkomen. Het drempelinkomen is het totaal van inkomsten en aftrekposten in BOX 1, 2 en 3, voordat op dit inkomen de persoonsgebonden aftrek is toegepast. Klik hier voor meer informatie over de berekening van het drempelbedrag specifieke zorgkosten per jaar.
Verhoging specifieke zorgkosten
Als het drempelinkomen lager is dan een bepaald bedrag, heb je recht op de verhoging specifieke zorgkosten. Je mag dan meer aftrekken dan je daadwerkelijk hebt betaald voor zorgkosten.
Let op!
De uitgaven voor genees- en heelkundige hulp en de reiskosten voor ziekenbezoek tellen niet mee voor deze verhoging.
Het percentage waarmee je de specifieke zorgkosten mag verhogen, hangt af van de leeftijd op 1 januari van het betreffende jaar. De verhoging van de specifieke zorgkosten wordt in 2022 als volgt berekend:
|
Je hebt op 1 januari de AOW-leeftijd nog niet bereikt: |
Je hebt op 1 januari de AOW-leeftijd bereikt: |
Als het gezamenlijke drempelinkomen <= € 38.703 |
40% |
113% |
Klik hier voor meer informatie over de verhoging specifieke zorgkosten.
In Nederland kunnen verschillende soorten giften worden afgetrokken. Dit zijn:
- Periodieke giften
Je hebt dan vast laten leggen dat je jaarlijks een gift doet aan de instelling.
- Andere giften
Je doet de gift eenmalig of je hebt niet laten vastleggen dat je meerdere giften aan de instelling gaat geven.
Je mag de gift onder voorwaarden aftrekken als je deze doet aan:
- een algemeen nut beogende instelling (ANBI status);
- een culturele ANBI;
- een vereniging;
- een steunstichting SBBI
Gewone en periodieke giften aan culturele ANBI’s mag je voor de berekening van de giftenaftrek verhogen met 25%. Deze verhoging kan maximaal € 1.250 zijn.
Voorbeeld:
Er zijn twee soorten verhoging:
- Periodieke giften;
- Andere giften.
Tussen deze verhogingen zit de afhankelijkheid dat ze samen niet meer mogen zijn dan € 1.250,00. Hierbij heeft de verhoging van periodieke giften ‘voorrang’.
Stel dat je beide giften als volgt hebt verhoogd:
- Periodieke € 2.000;
- Andere € 1.000.
Dan is de verhoging in Profit:
- Periodiek: € 1.250;
- Andere: € 0.
Stel dat de verhoging van de giften als volgt is:
- Periodiek: € 1.000;
- Andere € 2.000.
Dan is de verhoging in Profit:
- Periodieke: € 1.000
- Andere: € 250
Geen drempel voor periodieke giften, wel een maximum en voorwaarden
Periodieke giften van na 4 oktober 2022, 16:00 uur komen voor maximaal € 250.000 in aftrek. Dit geldt dus niet voor periodieke giften van vóór 4 oktober 2022, 16:00 uur.
Je gebruikt hiervoor het vinkveld Gift is aangegaan na 4 oktober 2022, 16:00 uur. Periodieke giften waarbij die veld niet aangevinkt, komen wel voor 100% in aftrek.
Onder bepaalde voorwaarden kunnen je periodieke giften aan bepaalde in Nederland gevestigde instellingen volledig worden afgetrokken. Deze voorwaarden zijn:
- De periodieke gift is in een notariële akte vastgelegd.
- De aangever heeft de verplichting om minstens vijf jaar een periodieke gift te doen.
- De aangever moet minstens één gift per jaar doen.
- De giften moeten vast en gelijkmatig zijn.
- De giften moeten uiterlijk bij overlijden eindigen.
Berekening drempel en maximum voor andere giften
Voor de aftrek van andere giften geldt een drempel van 1% van het drempelinkomen met een minimum van € 60,-. Wat je meer hebt betaald dan dit drempelbedrag, mag je aftrekken. Het drempelinkomen is het totaal van de inkomsten en aftrekposten in BOX 1, 2 én 3, maar zonder de persoonsgebonden aftrek.
De maximale aftrek voor andere giften is 10% van het drempelinkomen. Het gaat ook hier om het verzamelinkomen voordat de persoonsgebonden aftrek is toegepast. Bij de berekening van de drempel en het maximum voor andere giften telt het verzamelinkomen van de partner mee. Ook hier gaat het over het verzamelinkomen voor de toepassing van de persoonsgebonden aftrek.
Klik hier voor meer informatie over giften als persoonsgebonden aftrek.
Giften invullen:
We gaan ervan uit dat je de aangifte aan het uitwerken bent. In de voorlopige aangifte vul je direct het bedrag in van de giften.
- Open het onderdeel Voorloopvragen.
- Vink Giften? aan.
- Ga naar: Persoonsgebonden aftrek / Zorgkosten en alimentatie.
- Ga naar: Aftrekbare giften.
- Klik op: voor Overige andere giften.
- Vul de omschrijving in.
- Vul het bedrag van de gift in.
- Klik op: Opslaan en sluiten.
- Klik op: Nieuw als je nog een gift wilt toevoegen.
- Klik op: als je alle giften hebt ingevuld.
Weekenduitgaven voor gehandicapten
- Scholingsuitgaven
- Herstel persoonsgebonden aftrek
Weekenduitgaven voor gehandicapten
De weekenduitgaven voor ernstig gehandicapten kunnen worden afgetrokken. De aangever kan in aanmerking komen voor deze aftrek als het kind 21 jaar of ouder is. Er gelden vaste bedragen voor het halen, brengen en thuis verzorgen van een kind dat normaal gesproken in een Wlz-instelling verblijft, maar dat in het weekend en tijdens vakanties thuis wordt verzorgd. Met ingang van 2015 geldt de regeling ook voor curatele personen.
Welke kosten zijn aftrekbaar?
Je mag de volgende kosten aftrekken als uitgaven voor tijdelijk verblijf thuis van ernstig gehandicapten:
- Uitgaven voor het halen en brengen met de auto
Hiervoor geldt een aftrek van € 0,19 per kilometer (in 2022). Je neemt altijd de afstand van huis naar de verzorgingsinstelling en terug, ook al reis je bijvoorbeeld in vakanties over een andere afstand.
- Extra kosten door het verblijf van de ernstig gehandicapte
Hiervoor geldt een aftrek van € 11 per dag (in 2022). De dagen waarop de ernstig gehandicapte wordt gehaald of gebracht, tellen ook mee.
Scholingsuitgaven
In 2022 bestaat de scholingsuitgaven uit de volgende verschillende specificaties:
- Prestatiebeurs die definitief niet wordt omgezet naar een gift (en daardoor aftrekbaar is).
Daarnaast is er voor scholingskosten van de partner een aparte context gemaakt, scholingskosten die voor de partner gelden moeten dan ook bij de partner ingevuld worden.
Voor het aftrekken van scholingsuitgaven geldt een drempel. Deze drempel is inkomensonafhankelijk en is € 250 per persoon. Het maximaal aftrekbare bedrag is € 15.000 per jaar.
Prestatiebeurs:
De specificatie Prestatiebeurs die definitief niet wordt omgezet in een gift is een berekend veld. In dit veld wordt het minimum van het 'Forfait' of de 'Definitieve lening' per studiejaar geteld.
Voorbeeld:
Een cliënt is in het studiejaar 2021/2022 begonnen met een MBO-opleiding, maar besluit na een maand toch een HBO-studie te volgen.
Het forfait van de MBO-opleiding is € 141,09 per maand. De definitieve lening bedraagt € 100,-.
Voor de HBO-studie is het forfait € 2.443 per jaar. De definitieve lening bedraagt € 4.750,-.
Het forfait voor het studiejaar 2021/2022 is € 2.443,-
De definitieve lening bedraagt € 4.850
De waarde van het forfait wordt overgenomen naar het veld Prestatiebeurs die definitief niet wordt omgezet in een gift.
Herstel persoonsgebonden aftrek
Als het vermoeden bestaat dat het restant persoonsgebonden aftrek te hoog is vastgesteld, kan de Belastingdienst het aanvankelijk vastgestelde bedrag herzien bij voor bezwaar vatbare beschikking. De Belastingdienst kan dit niet doen als het gaat om een feit dat de Belastingdienst bekend was of redelijkerwijs bekend had kunnen zijn, tenzij de aangever met betrekking tot dit feit te kwader trouw is.
Verrekening persoonsgebonden aftrek
De persoonsgebonden aftrek kan als volgt worden verrekend:
- Trek eerst het bedrag van de persoonsgebonden aftrek af van het inkomen uit werk en eigen woning (BOX 1). Dat inkomen mag door de aftrek niet negatief worden.
- Als het persoonsgebonden aftrek groter is dan het inkomen in BOX 1, trek dan het restant af van het inkomen uit sparen en beleggen (BOX 3). Ook dat mag niet negatief worden.
- Is er dan nog persoonsgebonden aftrek over, dan kan dat afgetrokken worden van een eventueel inkomen uit aanmerkelijk belang (BOX 2).
Als de persoonsgebonden aftrek groter is dan de inkomens in BOX 1, 2 en 3 samen, dan kun je de rest van de aftrek bewaren tot een volgend jaar.
Direct naar |