Inspectie

In Nederland is de Belastingdienst onderverdeeld in verschillende belastingkantoren (Inspecties). Elke particulier/onderneming en belastingconsulent (Becon) heeft contact met één belastingkantoor (Inspectie). Deze belastingkantoren vallen in Profit onder de inspecties. Je koppelt elke cliënt en becon aan één inspectie. Omdat een cliënt ook aan een becon is gekoppeld lijkt het alsof er twee inspecties aan een cliënt zijn gekoppeld, één inspectie bij de cliënt zelf en één via de consulent. Dit is niet zo.

Voorbeeld:

Als een particulier is aangesloten bij de Inspectie Amersfoort en de consulent is gekoppeld aan de Inspectie Utrecht, dan wordt de aangifte verstuurd door de Inspectie Amersfoort. Als de becon uitstel aanvraagt voor de cliënt stuurt hij dit naar de Inspectie Utrecht.

De koppeling 'Cliënt/Inspectie' gaat dus over de aangifte, en de koppeling 'Becon/Inspectie' gaat over de uitstelregeling. Deze uitstelregeling is een afspraak tussen de Becon en de Belastingdienst.

Inspectie toevoegen

Je kunt inspecties handmatig toevoegen.

Inspectie toevoegen:

1. Ga naar: Fiscaal / Algemeen / Inspectie.
2. Klik op: Nieuw.
3. Vul de velden in.

   Als de inspectie al bekend is als organisatie kun je deze organisatie selecteren. Je vult dan alleen nog de specifieke gegevens in.

   Als de organisatie al aan een inspectie is gekoppeld kun je niets invullen.

4. Klik enkele malen op: Volgende.
5. Vul de Inspectiecode in.
6. Vul de overige velden in.
7. Klik op: Voltooien.

Inspectie verwijderen

Je mag een inspectie alleen verwijderen als die niet is gekoppeld aan de jaargegevens van een cliënt IB/Vpb.

Inspectie verwijderen:

1. Ga naar: Fiscaal / Algemeen / Inspectie.
2. Selecteer de inspectie die je wilt verwijderen.
3. Klik op: Acties Verwijderen (of op delete).

   Nu verschijnt de melding: Weet je zeker dat je deze inspectie wilt verwijderen?

4. Klik op: Ja.

   Let op: 

   Op het moment dat je een nieuw bestand importeert kan het zijn dat de verwijderde inspectie weer beschikbaar is.

Overzicht cliënten gekoppeld aan inspectie:

Als je een inspectie wilt verwijderen waaraan nog cliënten gekoppeld zijn, kun je eerst achterhalen welke cliënten dit zijn. Dit doe je door aan een nieuwe weergave de kolom Inspecties aan toe te voegen.

1. Ga naar: Fiscaal / Inkomstenbelasting / Cliënt IB.
2. Voeg hier een nieuwe weergave toe met in de gegevensverzameling het gewenste veld Inspecties.
3. Open bovenin de nieuwe weergave.
4. Vul in het snelfilter onder Inspectie het nummer van de inspectie in die je wilt verwijderen.
5. Druk op: Enter.

   De cliënten die nu getoond worden zijn gekoppeld aan de inspectie.

6. Open de eigenschappen van de cliënt.
7. Ga naar het tabblad: Fiscaal jaar.
8. Open de eigenschappen van het Jaar.
9. Ga naar het tabblad: Algemeen.
10. Selecteer een andere inspectie.

    Je kunt dit ook doen voor de cliënten Vpb via Fiscaal / Vennootschapsbelasting / Cliënt Vpb.

De gekoppelde inspectie in de nieuwe weergave hebben alleen betrekking op het geselecteerde fiscale jaar.

Inspecties importeren

Als de Belastingdienst een nieuwe lijst met inspecties oplevert kun je deze importeren.

Klik hier voor het recentste bestand met inspecties en de importdefinitie die je nodig hebt om de inspecties te importeren. Het gevolg is dat:

• niet aanwezige inspecties worden toegevoegd.

  Dit zijn dus ook de inspecties die je zelf misschien hebt verwijderd, maar die wel bestaan.

• bestaande inspecties worden bijgewerkt.
• inspecties die niet meer bestaan niet automatisch worden verwijderd.

Inspecties importeren:

1. Download het recentste bestand met inspecties en de importdefinitie. Je vindt dit bestand hier: Inspecties importeren.
2. Sla het .zip bestand op en sluit daarna het downloaden af.
3. Pak het .zip bestand uit.
4. Ga naar: Fiscaal / Beheer / Import / Inspectie.
5. Selecteer de actie Importdefinitie toevoegen (via een geleverd bestand).
6. Klik op: Volgende.
7. Voeg de importdefinitie uit het .zip bestand toe.
8. Wijzig eventueel de omschrijving van de importdefinitie.
9. Klik op: Voltooien.
10. Selecteer nu de actie Import via bestaande definitie en/of wijzigen bestaande definitie.
11. Klik op: Volgende.
12. Selecteer de importdefinitie die je zojuist hebt toegevoegd en klik op Volgende.
13. Voeg de specifieke opties voor de import in en klik op Volgende. Wij raden je aan om de opties te laten staan zoals ze worden aangegeven.
14. Selecteer het bestand en klik op Volgende.
15. Controleer of het Bestand om te importeren de extensie .txt heeft.
16. Controleer of het Bestand met afgekeurde regels een andere extensie dan .txt heeft (bijvoorbeeld .log).
17. Klik op: Volgende.

    Je ziet de indeling van de importdefinitie. Wijzig niets.

18. Klik op: Volgende.
19. Klik op: Volgende.

    De naam van de importdefinitie wordt getoond met een aantal (vink)velden.

20. Klik op: Volgende, de wijzigingen worden in de importdefinitie opgeslagen.

    Je ziet een overzicht van uit te voeren acties.

21. Klik op: Voltooien om de import te starten.

    Je krijgt een melding als er fouten zijn geconstateerd. Controleer dan het foutenrapport en pas desgewenst het importbestand of de importdefinitie aan.