Bij een loonbeslag legt een schuldeiser beslag op het salaris van een medewerker (schuldenaar), zodat de schuld via het salaris wordt voldaan. Omdat een deel van het te betalen salaris direct naar de schuldeiser gaat, wordt aan de medewerker minder uitbetaald. De werkgever is verplicht mee te werken aan een loonbeslag als de schuldeiser (of zijn deurwaarder) hierbij de wettelijke vereisten in acht heeft genomen.
Als je een loonbeslag ontvangt (meestal van een deurwaarder) leg je dit bij de medewerker vast. De deurwaarder zal in ieder geval de volgende gegevens aan jou verstrekken:
Hoofdsom
Het totale bedrag van het loonbeslag.
Beslagvrije voet
Vrijgesteld bedrag, zodat de medewerker genoeg loon ontvangt voor de kosten van levensonderhoud.
Profit bepaalt per medewerker per periode of er loonbeslagen zijn. Zo ja, dan bepaalt Profit eerst de 'afloscapaciteit': dit is een deel van het te betalen loon waarover aflossingen mogen plaatsvinden. Als Profit een beslagvrije voet moet toepassen, zal Profit ook de correctie beslagvrije voet toepassen. De 'correctie beslagvrije voet' is een grondslag waarop onder andere netto onkostenvergoedingen intellen (op dergelijke loonbestanddelen mag namelijk geen loonbeslag worden gelegd).
Profit houdt per periode de maximale aflossing in, tot het loonbeslag volledig is afgelost.
Periode
1
2
3
4
Te betalen loon
2.000
2.000
2.000
2.000
Afloscapaciteit
900
900
900
900
Aflossing
900
900
900
300
Te ontvangen
1.100
1.100
1.100
1.700
Je kunt ook een loonbeslag in de vorm van een betalingsregeling in Profit vastleggen. Bij een betalingsregeling lost Profit een vast bedrag per periode af. Als het restbedrag in de laatste periode lager is dan de standaardaflossing, lost Profit alleen het restbedrag af. Hierdoor komt het loonbeslag op nul uit. Als er alleen periodiek loonbeslag van kracht is, past Profit geen beslagvrije voet toe.
Voorbeeld:
Een medewerker heeft een te betalen loon van 2.000,00.
Hij heeft een loonbeslag van 3.575,-- met een periodieke aflossing van 900,--.
Periode
1
2
3
4
Te betalen loon
2.000
2.000
2.000
2.000
Aflossing
900
900
900
875
Te ontvangen
1.100
1.100
1.100
1.125
Je kunt ook gebruik maken van een percentage als beslagvrije voet. Een regeling die beslagleggers vaak gebruiken bij lage of onregelmatige inkomsten. Hierdoor houdt Profit altijd een bedrag in. Het percentage gaat van het nettoloon af, en houdt daarmee geen rekening met wat de afloscapaciteit van de medewerker is.
Voorbeeld:
Een medewerker werkt als oproepkracht en heeft elke periode een ander bedrag aan salaris.
Hij heeft een loonbeslag van €700 en er wordt een percentage van 90% als beslagvrije voet opgelegd. Elke periode lost de medewerker 10% van zijn nettoloon af, waardoor het bedrag dus per maand kan verschillen.
Periode
1
2
3
4
Te betalen loon
1.800
2.200
1.400
2.000
Aflossing
180
220
140
160
Te ontvangen
1.620
1.980
1.260
1.840
Het te betalen loon kan in bepaalde perioden hoger uitvallen, door bijvoorbeeld vakantietoeslag en dertiende maand uitkering. Dit betekent uiteraard dat de aflossing van bijvoorbeeld een preferent loonbeslag ook hoger zal zijn. Bij een periodiek loonbeslag is dit niet zo, want de aflossingen zijn elke periode hetzelfde.
Deurwaarders en overheidsorganen leg je los vast als beslaglegger in Profit. Bij het toevoegen van een loonbeslag voor een medewerker selecteer je de beslaglegger of maak je direct een beslaglegger aan, als deze nog niet is aangemaakt.
Een werkgever is verplicht om twee soorten rapporten te versturen naar een beslaglegger:
Verzoek tot informatie
Verklaring derdenbeslag
Deze rapporten zijn beschikbaar. Het rapport voor het verzoek om informatie genereer je via de actie Verzoek om informatie op het tabblad Loonbeslag bij de medewerker. De verklaring derdenbeslag genereer je bij het vastleggen van een loonslag bij de medewerker.
Bij het vastleggen van een loonbeslag bepaal je zelf wat de prioriteit van het loonbeslag is. Standaard vult Profit 10 in voor het eerste loonbeslag van de medewerker, 20 voor de tweede enz.
Als in één periode bij een medewerker meerdere loonbeslagen van toepassing zijn, bepaalt Profit op basis van de prioriteit met de begindatum het loonbeslag dat als eerste wordt afgelost. De laagste waarde gaat eerst. Dus 10 gaat voor 20.
Een loonbeslag van overheidsorganen zoals Belastingdienst, gemeenten of DUO gaan altijd voor. Deze zijn zogenaamd preferent. In dat geval vul je dus bijvoorbeeld een prioriteit van 5 in bij het loonbeslag van de overheidsorgaan.
Bekijk voor meer informatie bovenstaande video over Loonbeslagen.
Je kan een loonbeslag blokkeren, ongeacht of er een openstaand saldo is. Als je het loonbeslag weer deblokkeert, dan gaat de inhouding weer in. De inhouding vindt dan niet met terugwerkende kracht plaats, maar loopt verder vanaf de nog niet geaccordeerde periode.
Het is mogelijk om een medewerker te blokkeren voor betaling. Dit is bijvoorbeeld nodig als de medewerker nog niet de juiste documenten heeft aangeleverd. Als je het veld Geblokkeerd voor betaling aanvinkt op het tabblad Betaalinstelling bij de medewerker, dan worden de salarisbetalingen voor de betreffende medewerker tegengehouden in een te verwerken betaalbestand. Als bij een medewerker sprake is van loonbeslag, dan blokkeert Profit de betaling van het loonbeslag NIET. Het aanvinken van Geblokkeerd voor betaling heeft dus geen invloed op de betaling van het loonbeslag.
In de tabel staan de soorten loonbeslag die je in Profit kunt vastleggen, in aflopende volgorde van prioriteit. Als in één periode meerdere loonbeslagen van kracht zijn, bepaalt Profit op basis van de prioriteit het loonbeslag dat als eerste wordt afgelost. Meestal zal dit loonbeslag de volledige afloscapaciteit benutten, waardoor andere loonbeslagen niet meer aan bod komen. Het kan echter ook voorkomen dat de afloscapaciteit groot genoeg is om in één periode meerdere loonbeslagen (in volgorde van prioriteit) af te lossen.
Soort
Prioriteit
Bedrag aflossing
Preferent
Heeft de hoogste prioriteit en zal dus als eerste worden afgelost.
Bij twee loonbeslagen van dit type heeft het loonbeslag met de oudste begindatum prioriteit. Pas als dit volledig is afgelost, volgt het volgende loonbeslag.
Gehele afloscapaciteit, tot de schuld volledig is afgelost.
Periodieke aflossing
Wordt alleen afgelost als er nog afloscapaciteit is, na het aflossen van preferente loonbeslagen.
Profit lost een periodieke aflossing alleen af, als het periodebedrag volledig kan worden ingehouden. Als de afloscapaciteit hiervoor te laag is, vindt er geen inhouding plaats. Profit gaat door met het volgende periodieke loonbeslag (als dit loonbeslag een lager periodebedrag heeft, kan het misschien wel worden afgelost).
Bij twee loonbeslagen van dit type heeft het loonbeslag met de oudste begindatum prioriteit.
Vast bedrag per periode.
Als in de periode een preferent loonbeslag met een beslagvrije voet valt, dan geldt de beslagvrije voet ook voor de periodieke aflossing. Als een periodiek aflossingsbedrag te hoog is, zal Profit de aflossing niet verrichten.
Als er geen preferent loonbeslag is, dan zal Profit per periodiek loonbeslag één aflossing verrichten (tenzij hierdoor negatief loon ontstaat).
Aflossen tot beslagvrije voet
Wordt alleen afgelost als er nog afloscapaciteit over is, na het aflossen van preferente loonbeslagen en loonbeslagen met periodieke aflossing.
Bij twee loonbeslagen van dit type heeft het loonbeslag met de oudste begindatum prioriteit. Pas als dit volledig is afgelost, volgt het volgende loonbeslag.
Gehele afloscapaciteit, tot de schuld volledig is afgelost.
Als een medewerker meerdere loonbeslagen in dezelfde periode heeft, bepaalt Profit de beslagvrije voet als volgt:
Als in een periode een preferent loonbeslag voorkomt, dan geldt de beslagvrije voet van het eerste preferente loonbeslag ook voor alle andere loonbeslagen in die periode (inclusief periodieke loonbeslagen en loonbeslagen van het type Aflossen tot aan beslagvrije voet).
Als er geen preferent loonbeslag is, geldt er geen beslagvrije voet voor periodieke loonbeslagen.
Als er geen preferent loonbeslag is, maar wel loonbeslagen van het type Aflossen tot aan beslagvrije voet, dan geldt de beslagvrije voet van het eerste loonbeslag ook voor alle andere loonbeslagen in die periode.
Voorbeeld: Combinatie van loonbeslagen
Een medewerker heeft een te betalen loon van 2.000,--. Het te betalen loon bevat een netto onkostenvergoeding van 100,--.
Hij heeft de volgende loonbeslagen vanaf periode 1:
Preferent loonbeslag van 3.000,-- (beslagvrije voet 1.000,--).
Periodiek loonbeslag van 2.100,-- in drie termijnen van 700,--.
Loonbeslag type Aflossen tot aan beslagvrije voet van 1.000,-- (beslagvrije voet 1.000,--).
Profit houdt per periode de maximale aflossing in, tot het loonbeslag volledig is afgelost.
Periode
1
2
3
4
5
6
7
8
Te betalen loon
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
Afloscapaciteit (o.b.v. pref. loonbeslag)
900
900
900
900
900
900
te bet. loon
n.v.t.
1. Aflossing preferent loonbeslag
900
900
900
300
klaar
klaar
klaar
klaar
2. Aflossing periodiek loonbeslag
0
0
0
0
700
700
700
klaar
3. Aflossen tot beslagvrije voet
0
0
0
600
200
200
klaar
klaar
Te ontvangen
1.100
1.100
1.100
1.100
1.100
1.100
1.300
2.000
Uitleg:
Profit begint met het preferent loonbeslag. Hierdoor blijft in periode 1 t/m 3 geen afloscapaciteit over voor de overige loonbeslagen.
Het restant van 300,-- van het preferent loonbeslag wordt afgelost in periode 4. Hierdoor resteert een 'restcapaciteit' van 600,--. Op basis van prioriteit zou nu het periodieke beslag moeten komen, maar het periodebedrag van 700,-- is te hoog. Daarom gaat Profit door met het derde loonbeslag.
In periode 5, 6 en 7 doet Profit de periodieke aflossingen. Hierop is geen beslagvrije voet van toepassing (want is er geen preferent loonbeslag meer). Wel bepaalt Profit een beslagvrije voet voor het loonbeslag soort Aflossen tot aan beslagvrije voet.
In periode 7 bepaalt Profit geen beslagvrije voet meer, omdat er alleen nog een periodiek loonbeslag loopt.
Met behulp van het schema kun je nagaan hoe Profit de afloscapaciteit bepaalt en aflossingen verricht als er meerdere loonbeslagen in dezelfde periode zijn.
Wanneer je meerdere gelijktijdige loonbeslagen hebt voor één medewerker, dan kan de tweede beslaglegger aangeven om zich aan te sluiten bij de eerste beslaglegger. In dat geval wordt de totale vordering voldaan aan de eerste deurwaarder, die vervolgens voor de verdeling zorgt. In Profit vul je in dat geval in de regel van de eerste beslaglegger een Correctie hoofdsom toe met het bedrag van de tweede deurwaarder. De totale som zal dan uitbetaald worden aan de eerste beslaglegger, die dit vervolgens zelf kan verdelen.
Nieuwe loonbeslagen of wijzigingen in een bestaand loonbeslag zullen nooit leiden tot TWK-mutaties in geaccordeerde perioden. Betalingen in geaccordeerde perioden kunnen immers niet meer worden gewijzigd. Als de eerstvolgende niet-geaccordeerde periode al verwerkt is, zal Profit TWK zetten op deze periode.
Als er door andere oorzaken TWK ontstaat op een geaccordeerde periode, kan de ruimte voor loonbeslagen toe- of afnemen.
Ruimte voor loonbeslag neemt toe
Dit betekent dat het loonbeslag te laag was. Als het betreffende loonbeslag nog loopt, zal de eerstvolgende inhouding hierdoor worden verhoogd.
Voorbeeld:
Een medewerker heeft een te betalen loon van 1.500,00 en een loonbeslag van 10.000,00 met een beslagvrije voet van 800,00.
Tijdens de verwerking van periode 1 houdt Profit een aflossing van 700,00 in (de volledige ruimte).
Er vindt een correctie op periode 1 plaats, waardoor het te betalen loon toeneemt met 100,00. Daarom zal Profit een loonbeslag van 100,00 toepassen in de correctieperiode.
Door een correctie kan het te betalen loon van een medewerker boven de beslagvrije voet komen, terwijl het te betalen loon eerst onder de beslagvrije voet lag. Hierdoor kan een extra aflossing plaatsvinden.
Voorbeeld:
Een medewerker heeft een te betalen loon van 600,00 en een loonbeslag van 10.000,00 met een beslagvrije voet van 800,00.
Tijdens de verwerking van periode 1 houdt Profit niets in (de medewerker verdient immers minder dan de beslagvrije voet).
Er vindt een correctie op periode 1 plaats, waardoor het te betalen loon toeneemt met 300,00. Hierdoor komt het totale te betalen loon op 900,00 en ontstaat een ruimte van 100,00. Daarom zal Profit een loonbeslag van 100,00 toepassen in de correctieperiode.
Loonbeslag wordt lager
Als het loonbeslag van een geaccordeerde periode lager moet worden, verrekent Profit dit in de correctieperiode, vooropgesteld dat het loonbeslag nog loopt.
Voorbeeld:
Een medewerker heeft een te betalen loon van 1.500,00 en een loonbeslag van 10.000,00 met een beslagvrije voet van 800,00.
Tijdens de verwerking van periode 1 houdt Profit een aflossing van 700,00 in (de volledige ruimte).
Er vindt een correctie op periode 1 plaats, waardoor het te betalen loon 1.400,00 wordt. Dit houdt dat in periode 1 100,00 teveel is afgelost. De normale aflossing van periode 2 is 600,00, maar Profit compenseert het teveel betaalde bedrag van 100,00 van periode 1. Daardoor komt de aflossing van periode 2 op 500,00.
TWK-mutaties bij periodieke aflossing
Bij een loonbeslag met periodieke aflossing, kijkt Profit naar de begindatum van het loonbeslag om te bepalen of het bedrag uit een TWK-mutatie moet worden afgelost. Valt de periode, waaruit de TWK afkomstig is, buiten de periode van het loonbeslag zal hier geen aflossing op plaatsvinden.
Voorbeeld:
De medewerker heeft een te betalen loon van 1.500,00 en een loonbeslag van 10.000,00. De medewerker lost elke maand 500,00 af. Het loonbeslag heeft een begindatum in periode 9 en loopt door tot het loonbeslag is afgelost.
In periode 11 krijgt de medewerker een nabetaling van 1000,00 uit periode 5. Omdat periode 5 voor de begindatum van periode 9 ligt, zal Profit hier geen inhouding op doen.
In periode 11 krijgt de medewerker ook een nabetaling uit periode 9 van 1000,00. Omdat deze periode wel binnen de looptijd van het loonbeslag valt, zal Profit van dit bedrag nog een 500,00 aflossen.
Profit houdt loonbeslagen bij per medewerker, ongeacht de arbeidsverhouding of het dienstverband. Als de medewerker uit dienst treedt, controleert Profit niet op nog lopende loonbeslagen.
Opnieuw indienst bij dezelfde werkgever
Als de medewerker opnieuw indienst treedt bij dezelfde werkgever in Profit, dan worden de lopende loonbeslagen automatisch weer van kracht. Als dit niet gewenst is, vul je in de eigenschappen van de betreffende loonbeslagen een einddatum in.
Opnieuw indienst bij een andere werkgever
Als de medewerker opnieuw indienst treedt bij een andere werkgever in Profit, dan worden de lopende loonbeslagen niet meegenomen en/of doorberekend. In dit geval voeg je de loonbeslag opnieuw toe.
Als een loonbeslag volledig moet worden afgelost, vul je geen einddatum in. Profit zal periodiek een aflossing inhouden tot de totale hoofdsom is afbetaald. In de periode van de laatste aflossing vult Profit de einddatum automatisch in en stopt het loonbeslag.
Als je het loonbeslag voortijdig wilt beëindigen, vul je wel een einddatum in. Profit zal de laatste inhouding doen in de periode van de einddatum.
Als je de einddatum wijzigt, kunnen zich de volgende situaties voordoen:
Verlenging loonbeslag
De oude einddatum viel in een geaccordeerde periode, maar de nieuwe einddatum valt in een voorlopig verwerkte periode. Met andere woorden: je breidt de periode van het loonbeslag uit t/m de voorlopig verwerkte periode. Profit zet TWK op deze periode.
Inkorting loonbeslag
De oude einddatum viel in een verwerkte periode, maar de nieuwe einddatum valt de laatste geaccordeerde periode. Met andere woorden: je kort de periode van het loonbeslag in t/m de laatste geaccordeerde periode. Profit zet TWK op deze periode.
Perioden overslaan (onderbreking loonbeslag).
Je hebt een einddatum ingevuld, maar na enkele perioden wordt het loonbeslag opnieuw opgestart (door de einddatum te verwijderen). Op de tussenliggende perioden past Profit geen loonbeslag toe.
Voorbeeld:
Een maandloner heeft een loonbeslag dat in mei is afgerond, daarom is als einddatum 31 mei ingevuld.
In september besluit je de einddatum weg te halen omdat er nog een openstaand saldo is. Dit betekent dat Profit het loonbeslag vanaf september weer zal toepassen, als deze periode nog niet geaccordeerd is. In juni, juli en augustus past Profit het loonbeslag niet toe.
De bestuursrechtelijke premie is in Profit geen loonbeslag. Je kunt de inhouding boeken op de looncomponent 100.008.121 'Inh. bestuursrechtelijke premie CAK'.
Let op:
Iedere looncomponent heeft een toelichting waarin de werking van de looncomponent staat uitgelegd. Raadpleeg deze altijd op het tabblad Toelichting in de eigenschappen van de looncomponent in de cao. Als je niet over de looncomponent beschikt, activeer je deze eerst.
De beslagvrije voet wordt niet pro rata berekend bij in- en uitdiensttreding van de medewerker. De beslagvrije voet is een stamgegeven in Profit dat niet pro rata berekend kan worden.
Als je een lagere beslagvrije voet wilt, dan pas je het bedrag voor de beslagvrije voet handmatig aan. Dit kan bijvoorbeeld van toepassing als de medewerker halverwege de periode uit dienst gaat en hierdoor minder verdient.
Bij een medewerker die uit dienst gaat terwijl er nog een uitbetaling moet volgen van reserveringen, vakantietoeslag en EJU, gebruik je de volgende work-around:
Ga naar: HRM / Organisatie / Cao.
Open de cao, tabblad Looncomponent.
Activeer de looncomponent Loonbeslag (100.009.201).
Ga naar: HRM / Medewerker / Medewerker.
Open de medewerker, tabblad Looncomponent.
Voeg de looncomponent Loonbeslag beslag toe voor 1 periode, periode waarin het vakantiegeld + EJU wordt uitgekeerd. Vul bij bedrag het restant in of het bedrag dat wordt uitgekeerd aan vakantiegeld + EJU.
Eventuele vervolgstappen:
Ga naar tabblad Bank/giro van de medewerker en maak een nieuwe regel aan, met het bestaande bankrekeningnummer.
Vul bij het veld looncomponent, het component loonbeslag.
Standaard tellen hierop netto onkostenvergoedingen en de WGA-premie medewerker in. Je kunt je eigen looncomponenten ook laten intellen op deze grondslag, zodat Profit de afloscapaciteit correct kan bepalen.
Loonbeslag toevoegen
Je voegt een loonbeslag toe als zich een beslaglegger met een geldig loonbeslag bij je heeft gemeld.
Loonbeslag toevoegen:
Ga naar: HRM / Medewerker / Medewerker.
Open de eigenschappen van de medewerker.
Ga naar het tabblad: Loonbeslag.
Klik op: Nieuw.
Vul het dossiernummer in.
Dit is het nummer van het loonbeslag die de schuldeiser heeft toegekend in hun dossier. Als je geen aparte betalingskenmerk invult, dan nemen wij automatisch het dossiernummer over als betalingskenmerk.
Selecteer de beslaglegger. Als de beslaglegger nog niet is aangemaakt, dan voeg je deze toe via de knop Nieuw. Je voegt ook een nieuwe beslaglegger toe, als het een andere vestiging van een bestaande beslaglegger betreft.
Klik op: Volgende.
Vul het volledige bedrag van het loonbeslag in bij Hoofdsom.
Vul de prioriteit in. Profit stelt zelf een nummer van prioriteit voor.
Vul de begindatum in.
Als je Profit Payroll gebruikt, zal Profit de eerste aflossing inhouden in de corresponderende periode.
Als deze periode al geaccordeerd is, neemt Profit de eerstvolgende niet-geaccordeerde periode. Als de betreffende periode al wel verwerkt is, leidt dit tot een TWK-mutatie en verwerk je de periode opnieuw. Wanneer de periode al is dichtgezet, wordt het loonbeslag niet verwerkt. De twk-mutatie ontstaat wel, maar het meenemen in de dichtgezette periode heeft geen effect. Wanneer je een loonmutatie boekt van 0.01 cent op een willekeurig looncomponent en vervolgens de verschillen meeneemt, dan wordt het loonbeslag wel verwerkt. Na het verwerken kun je de loonmutatie er weer uithalen.
Selecteer het soort aflossing:
Bij een periodieke aflossing vul je de aflossing per periode in. Je kunt geen beslagvrije voet invullen. Wel past Profit een beslagvrije voet toe, als het loonbeslag samenvalt met een ander loonbeslag waarin wel een beslagvrije voet van toepassing is.
Bij andere soorten aflossing probeert Profit elke periode een zo hoog mogelijke aflossing te doen. Hierbij kun je wel een beslagvrije voet invullen.
Vink Beslagvrije voet is percentage aan, als de beslagvrije voet als percentage van het nettoloon berekend moet worden.
Vul bij Beslagvrije voet het bedrag of percentage in.
Vink Genereren verklaring derdenbeslag aan. Je genereert hiermee de verklaring voor het toepassen van loonbeslag. Deze verstrek je bij het toevoegen van een nieuw loonbeslag.
Als je handmatig loonbeslag gegevens wilt vullen op het rapport, dan vink je Loongegevens handmatig invoeren aan. Het rapport wordt nu niet automatisch toegevoegd aan het dossier. Je moet namelijk na het genereren nog de gegevens vullen, dus daarna kan je pas het rapport toevoegen aan het dossier.
Klik op: Voltooien.
Beslaglegger vastleggen
Deurwaarders en overheidsorganen leg je los vast als beslaglegger in Profit. Bij het toevoegen van een loonbeslag voor een medewerker selecteer je de beslaglegger of maak je direct een beslaglegger aan, als deze nog niet is aangemaakt.
Als een deurwaarder of overheidsorgaan meerdere vestigingen heeft, dan raden wij aan om voor iedere vestiging een beslaglegger vast te leggen.
Beslaglegger vastleggen:
Ga naar: HRM / Organisatie / Inrichting / Beslaglegger.
Klik op: Nieuw.
Vul de organisatiegegevens in of selecteer een reeds bestaande organisatie in Profit.
Klik op: Volgende.
Vul eventueel een afwijkende code in.
Selecteer de bankrekening. Als de bankrekening nog niet bestaat, klik je op Nieuw. Vul de bankgegevens in en voltooi de wizard.
Klik op: Voltooien.
Om in de salarisverwerking de naam en plaats te tonen van de beslaglegger, voeg je een afwijkende naam en plaats toe in de eigenschappen van de beslaglegger.
Afwijkende naam en plaats toevoegen:
Ga naar: CRM / Organisatie/persoon / Organisatie/persoon.
Open de eigenschappen van de beslaglegger.
Ga naar het tabblad: Bankrekening.
Open de eigenschappen van de bankrekening.
Vul de afwijkende naam en woonplaats in.
Klik op: Opslaan en sluiten.
Loonbeslag aflossen
Het loonbeslag kun je automatische aflossen (via de salarisverwerking) of handmatig.
Als je aflossingen handmatig voldoet aan een schuldeiser, voeg je hiervoor aflossingsregels toe bij het loonbeslag.
Profit registreert per loonbeslag alle aflossingen die via de loonberekening worden gedaan. Deze aflossingsregels kun je niet handmatig wijzigen.
Handmatige aflossingen op loonbeslag toevoegen:
Ga naar: HRM / Medewerker / Medewerker.
Open de eigenschappen van de medewerker.
Ga naar het tabblad: Loonbeslag.
Open de eigenschappen van het loonbeslag.
Ga naar het tabblad: Aflossing.
Profit toont alle aflossingen. Mogelijke aflossingen in toekomstige perioden zie je niet. Profit bepaalt namelijk elke periode opnieuw welk bedrag kan worden afgelost. Dit bedrag kan in elke periode anders zijn.
Als Handmatig niet is aangevinkt, is de aflossing verricht via Profit Payroll.
Klik op: Nieuw.
Vul de velden in.
Klik op: Voltooien.
Profit heeft het veld Handmatig in de aflossingsregel aangevinkt.
Loonbeslag beëindigen
Na het accorderen van een periode beëindigt Profit een loonbeslag automatisch, als het saldo op nul uitkomt. Als je de aflossingen handmatig vastlegt, kun je na de laatste aflossing de einddatum vastleggen in het loonbeslag.
Profit zal de laatste aflossing inhouden in de periode waarin de einddatum van het loonbeslag valt. Hierna vinden geen aflossingen meer plaats, ook niet als de hoofdsom nog niet volledig is voldaan.
Profit zal een loonbeslag niet automatisch beëindigen bij uitdiensttreding.
Loonbeslag handmatig beëindigen:
Ga naar: HRM / Medewerker / Medewerker.
Open de eigenschappen van de medewerker.
Ga naar het tabblad: Loonbeslag.
Open de eigenschappen van het loonbeslag.
Vul de einddatum in.
Selecteer de Reden einde loonbeslag. Dit is een vrije tabel die je zelf kunt uitbreiden.
Klik op: Opslaan en sluiten.
Loonbeslag importeren
Je kunt loonbeslagen toevoegen door deze te importeren.
De import voer je uit met HRM / Beheer / Import medewerker Payroll / Loonbeslag.
Meerdere loonbeslagen in dezelfde periode
