Medewerker woont en/of werkt in buitenland / Salary spli

Wanneer je medewerker in het buitenland woont of werkt moet je rekening houden met verschillende zaken zoals loonbelasting en premie volksverzekeringen die wel of niet ingehouden moeten worden.

Soort medewerker

Je kunt gebruiken maken van de soort medewerker Expat.

Bij de soort Expat controleert Profit in de salarisverwerking of je minimaal het minimumloon betaalt.

Instantie

De inrichting van de instantie Belastingdienst is afhankelijk van een aantal factoren. Je raadpleegt hiervoor het Handboek loonheffingen op de site van de Belastingdienst.

A1-verklaring

Er zijn looncomponenten aanwezig in het geval er een A1-verklaring voor de medewerker van toepassing is.

  • 100.001.513 'Loon A1/E101-verklaring'
  • 100.001.518 'Loon A1/E101-verklaring (wel ZVW)'

Salary Split

Er zijn twee series met looncomponenten voor de salarysplit. De eerste serie is toegevoegd op voorschrijven van de Belastingdienst. Deze looninrichting sluit aan op de berekening van de evenredigheidsmethode uit bijlage 4 van het Handboek Loonheffingen.

De tweede serie is een vereenvoudigde methode die wel nog verschillende experts in de salarysplit wordt toegepast. De tweede serie gaat meestal uit van 100% van het deel premie volksverzekeringen, en een percentage van het belastingdeel, naar rato van het deel waarop de belastingplicht in Nederland van toepassing is.

Het verschil met de eerste serie zit vooral in de berekening van de heffingskortingen naar verhouding.

Serie 1:

  • 100.006.611 Salary split: totaal LH zonder loonheffingskorting
  • 100.006.612 Salary split: totaal LH met loonheffingskorting
  • 100.006.613 Salary split: deel PH zonder loonheffingskorting
  • 100.006.614 Salary split: deel PH met loonheffingskorting
  • 100.006.615 Salary split: deel LB zonder loonheffingskorting
  • 100.006.616 Salary split: deel LB met loonheffingskorting
  • 100.006.617 Salary split: loonheffing PH
  • 100.006.618 Salary split: evenredigheidsfactor (x10.000)
  • 100.006.619 Salary split: loonheffing LB
  • 100.006.620 Salary split: loonheffingskorting
  • 100.006.621 Salary split: totaal loonheffing
  • 100.006.622 Salary split: correctie loonheffing

Serie 2:

  • 100.006.602 Salary split: belasting NL
  • 100.006.603 Salary split: premies NL
  • 100.002.081 Salaris buitenland
  • 100.006.604 Salary split: correctie belasting percentage verdeling (x 10000)
  • 100.006.605 Salary split: correctie premies percentage verdeling (x 10000)

Aanvullende looncomponenten:

  • 100.006.606 Salary split: netto loonstrook buitenland
  • 100.006.607 Salary split: salaris en belasting buitenl.
  • 100.006.610 Hypotax

Situaties

Bij salary split wordt zowel in Nederland als in het buitenland gewerkt. Het is met behulp van onderstaande looninrichting mogelijk om dit in één inkomstenverhouding te verwerken en de daarbij behorende loonheffing te berekenen conform voorschrift van de Belastingdienst voor de evenredigheidsmethode.

Er zijn twee situaties mogelijk:

  1. De medewerker is zowel premieplichtig als belastingplichtig.
  2. De medewerker is alleen belastingplichtig. Je dient zelf te bepalen welke situatie voor de medewerker geldt. Indien je daar advies bij nodig hebt, dan kan je daarvoor contact opnemen met de Belastingdienst.

Stappen bij situatie 1 (zowel premieplicht als belastingplicht):

  1. Zorg ervoor dat parameter ‘Medewerker is premieplichtig’ van looncomponent 7 op ‘Ja’ staat en dat parameter 'Berekenen' van looncompent 7 op 'Ja' staat. Daarnaast dien je de juiste tabelcode te kiezen in de instantieregel van de medewerker.
  2. Looncomponent 1 berekent de fictieve totale loonheffing zonder rekening te houden met loonheffingskorting over het totale loon, alsof al het loon in Nederland zou zijn belast met loonbelasting (LB) en premieheffing (PH).
  3. Looncomponent 3 berekent de fictieve inhouding van alleen premieheffing zonder rekening te houden met loonheffingskorting. Looncomponent 7 neemt de waarde van looncomponent 3 over, wanneer de medewerker premieplichtig is.
  4. Looncomponent 8 berekent de evenredigheidsfactor. Dit is de verhouding tussen het deel van het loon dat in Nederland is belast en het totale loon, dus inclusief dat deel van het loon dat in het buitenland is belast. De verschillende mogelijkheden voor de berekening van deze factor staan beschreven in de toelichting van die looncomponent.
  5. Looncomponent 9 trekt de uitkomst van looncomponent 7 af van de uitkomst van looncomponent 1. Vervolgens wordt hierop de evenredigheidsfactor (berekend door looncomponent 8) toegepast. Dit is de loonheffing LB die naar rato van de evenredigheidsfactor moet worden berekend.
  6. Looncomponent 10 berekent de loonheffingskorting. Dit is het verschil tussen looncomponent 3 en 4, plus het verschil tussen looncomponent 5 en 6.
  7. Looncomponent 11 berekent het totaal bedrag dat aan loonheffing voor de medewerker ingehouden moet worden. Dit is de uitkomst van looncomponent 7 plus de uitkomst van looncomponent 9 minus de uitkomst van looncomponent 10.
  8. Looncomponent 12 berekent het verschil tussen de loonheffing op de loonstrook en looncomponent 11 (het totaal bedrag dat aan loonheffing voor de medewerker ingehouden moet worden). Dit wordt als correctie op de loonstrook geplaatst om zo tot een juist totaal aan loonheffing te komen.

Stappen bij situatie 2 (alleen belastingplicht):

  1. Zorg ervoor dat parameter ‘Medewerker is premieplichtig’ van looncomponent 7 op ‘Nee’ staat en dat parameter 'Berekenen' van looncomponent 7 op 'Ja' staat. Daarnaast dien je de juiste tabelcode te kiezen in de instantieregel van de medewerker.
  2. Looncomponent 5 berekent de fictieve loonheffing LB zonder rekening te houden met loonheffingskorting over het totale loon, alsof al het loon in Nederland zou zijn belast met loonbelasting (LB). Dit is dezelfde waarde als het verschil tussen looncomponent 1 en looncomponent 3 (dit komt terug bij stap 4).
  3. Looncomponent 8 berekent de evenredigheidsfactor. Dit is de verhouding tussen het deel van het loon dat in Nederland is belast en het totale loon, dus inclusief dat deel van het loon dat in het buitenland is belast. De verschillende mogelijkheden voor de berekening van deze factor staan beschreven in de toelichting van die looncomponent.
  4. Looncomponent 9 trekt de uitkomst van looncomponent 3 af van de uitkomst van looncomponent 1. Vervolgens wordt hierop de evenredigheidsfactor (berekend door looncomponent 8) toegepast. Dit is de loonheffing LB die naar rato van de evenredigheidsfactor moet worden berekend.
  5. Looncomponent 10 berekent de loonheffingskorting. Dit is het verschil tussen looncomponent 5 en 6.
  6. Looncomponent 11 berekent het totaal bedrag dat aan loonheffing voor de medewerker ingehouden moet worden. Dit is de uitkomst van looncomponent 9 minus de uitkomst van looncomponent 10.
  7. Looncomponent 12 berekent het verschil tussen de loonheffing op de loonstrook en looncomponent 11 (het totaal bedrag dat aan loonheffing voor de medewerker ingehouden moet worden). Dit wordt als correctie op de loonstrook geplaatst om zo tot een juist totaal aan loonheffing te komen.

Direct naar

  1. Instantie medewerker
  2. Instanties toevoegen
  3. Instanties bij een werkgever
  4. Belastingdienst
  5. Instantie per dienstverband
  6. Medewerker stopt met werken op AOW-gerechtigde leeftijd
  7. Medewerker blijft werken na AOW gerechtigde leeftijd
  8. Instantie Zorg en welzijn toevoegen
  9. IZZ-koppeling