Medewerker inrichten voor VFPF-aanlevering
Je richt de medewerker in voor de VFPF-aanlevering.
Inhoud |
Beschrijving
Voor de VFPF-aanlevering richt je bij de medewerkers de instantie APG sectoren ABP, Loyalis, PWRI en een onderwijsinstelling in.
Je legt bij de vervanger van de afwezige medewerker een vervangingsdienstverband vast. Bij dit dienstverband wordt het verlof of verzuimmelding gekoppeld van de afwezige medewerker. Per vervangingsdienstverband kun je één verzuim- of verlofmelding koppelen. Als de afwezige medewerker meerdere verzuim- of verlofboekingen heeft, resulteert dit in meerdere vervangende (sub)dienstverbanden.
Looncomponenten
Bij de medewerker kun je de volgende looncomponenten vastleggen voor de VFPF-aanlevering:
- 161.174.020 'Vervangingsfonds (Verplicht)'
- 161.174.021 'Vervangingsfonds (Vrijwillig)'
- 161.174.022 'Participatiefonds'
Let op:
Iedere looncomponent heeft een toelichting waarin de werking van de looncomponent staat uitgelegd. Raadpleeg deze altijd op het tabblad Toelichting in de eigenschappen van de looncomponent in de cao. Als je niet over de looncomponent beschikt, activeer je deze eerst.
Rooster
Wij raden aan om met gespecificeerde roosters te werken. Als de medewerker een ongespecificeerd rooster heeft, heeft Profit geen inzicht in het daadwerkelijke gewerkte uren op een dag. Hierdoor kan bijvoorbeeld de uitkomst van de gebroken maand berekening afwijken, doordat het aantal daadwerkelijk gewerkte niet overeenkomt met de schatting die Profit maakt.
Contractvormen (bijzonder) Primair onderwijs:
In de PO cao van 2016 zijn contractvormen toegevoegd, welke als volgt in Profit zijn opgenomen:
- Min-maxdienstverband: Een min-maxdienstverband er is een minimaal aantal uren met een uitloopmogelijkheid tot een maximaal aantal uren. Binnen deze uren gaat de medewerker vervangingen uit voeren. Een min-maxdienstverband is een tijdelijk contract wat voor ten hoogste 12 maanden worden afgesloten.
- Bindingsdienstverband: Een bindingsdienstverband kan door de werkgever worden verstrekt aan een medewerker om deze aan hem te binden. De medewerker krijgt in het geval van een bindingsdienstverband ten minste een aanstelling van 1 uur per week. Dit dienstverband kan tijdelijk worden uitgebreid bij onplanbare en onvoorziene vervangingen.
- Dienstverband ten behoeve van vervangingen: Een medewerker krijgt voor bepaalde tijd een vaste aanstelling voor het uitvoeren van verschillende vervangingen. De medewerker krijgt een benoeming met een bepaald aantal uren per week, deze uren krijgt de medewerker uitbetaald.
Instantie Algemene Pensioen Groep en Onderwijs toevoegen bij de medewerker
Je voegt de instantie APG sectoren ABP, Loyalis, PWRI toe bij de medewerker.
Je kunt de instantie voor de medewerkers importeren via HRM / Beheer / Import Instantie / APG en Onderwijs.
Instantie bij medewerker toevoegen:
- Ga naar: HRM / Medewerker / Medewerker.
- Open de eigenschappen van de medewerker.
- Ga naar het tabblad: Instantie.
- Klik op: Nieuw.
- Selecteer de instantie APG sectoren ABP, Loyalis, PWRI.
- Klik op: Volgende.
- Geef de geldigheidstermijn op.
- Geef de juiste instellingen op.
Bepaal of je de medewerker wilt meenemen in de aanlevering van de premiebestanden.
- Klik op: Voltooien.
Onderwijsinstelling bij medewerker toevoegen
Je gebruikt de onderwijsinstelling bij de medewerker voor de onderwijsaanlevering en het Lerarenregister.
Bij het in dienst melden van een medewerker kun je direct de onderwijsinstelling toevoegen.
Als een medewerker gedurende de maand van onderwijsinstelling wijzigt, dan wordt altijd de waarde van laatste functieregel van de periode meegenomen in de aanlevering.
Als de functiewijziging binnen dezelfde BRIN blijft, voeg je een nieuwe functieregel toe. Als de wijziging op een andere BRIN betreft, voeg je altijd een nieuw subdienstverband toe.
Let op:
De autorisatie kan gekoppeld zijn aan het organigram. In die situatie bepaalt de organisatorische eenheid waarbij de medewerker hoort en zijn mogelijkheden in Profit. Als je een nieuwe organisatorische eenheid koppelt aan een medewerker, kan hierdoor zijn autorisatie dus ook wijzigen.
Onderwijsinstelling toevoegen:
- Ga naar: HRM / Medewerker / Medewerker.
- Open de eigenschappen van de medewerker.
- Ga naar het tabblad: Functie.
- Open de eigenschappen van de laatste functieregel.
- Selecteer de onderwijsinstelling. Als je wel gebruik maakt van formatieplaatsen en je hebt de formatieplaatsen gekoppeld aan een onderwijsinstelling, dan voert Profit de onderwijsinstelling door bij de gekoppelde medewerkers.
Voor de aanlevering DUO is het vullen van de onderwijsinstelling verplicht, ongeacht of Bovenschoolse functie is aan- of uitgevinkt.
Als de medewerker onder de cao BVE of HBO valt, vink je Bovenschoolse functie niet aan.
- Klik op: Opslaan en sluiten.
Onderwijslocatie toevoegen:
Door de medewerker aan een onderwijslocatie te koppelen, is deze in het Lerarenregister alleen onder de juiste locaties zichtbaar. Je kan de medewerker aan meerdere onderwijslocaties koppelen. Je ziet bij de medewerker alleen de locaties die onder de gekozen onderwijsinstelling bij de werkgever vallen.
- Open de eigenschappen van de functieregel.
- Ga naar het tabblad: Onderwijslocatie.
- Klik op: Nieuw.
- Selecteer de onderwijslocaties waar de medewerker werkzaam is.
Als de juiste locatie er niet tussen staat, dan voeg je deze bij de onderwijsinstelling toe.
- Klik op: Voltooien.
Onderwijsinstelling via InSite toevoegen/aanpassen:
- Ga naar: InSite.
- Klik op: HRM.
- Selecteer de medewerker
- Klik op: Onderwijslocatie aanpassen.
Je ziet alle onderwijslocaties die aan de medewerker gekoppeld zijn.
- Klik op: Nieuw.
Hier staan alle onderwijslocaties die bij de werkgever aan de onderwijsinstelling gekoppeld zijn, maar nog niet bij de medewerker staan.
- Selecteer de onderwijslocatie.
- Klik op: Neem geselecteerde regels over.
- Klik op: Aanmaken.
Let op:
Wanneer er een toekomstige functieregel aanwezig is, worden de toegevoegde onderwijslocaties hierin meegenomen. Dit gebeurt alleen wanneer de onderwijsinstelling bij de medewerker gelijk blijft.