Verbijzonderingstoewijzingen blokkeren/deblokkeren

Je kunt verbijzonderingstoewijzingen blokkeren zodat je deze (tijdelijk) niet kunt gebruiken. Geblokkeerde toewijzingen kun je ook weer deblokkeren als je deze weer wilt gebruiken.

Je kunt ook bij de betreffende grootboekrekening vastleggen dat je deze niet meer wilt verbijzonderen. In dat geval wijzig je in de eigenschappen van de grootboekrekening op het tabblad Verbijzonderingen naar Niet verbijzonderen (N). De verbijzonderingstoewijzingen worden dan automatisch geblokkeerd.

Verbijzonderingstoewijzingen blokkeren/deblokkeren:

  1. Ga naar: Financieel / Verbijzondering / Verbijzonderingstoewijzing.

    Je ziet in de weergave alle verbijzonderingstoewijzingen van de huidige administratie.

  2. Klik op: Huidige administratie en selecteer Alle administraties als je ook de verbijzonderingstoewijzingen uit de andere administraties wilt zien.

    Geblokkeerde verbijzonderingstoewijzingen worden standaard niet getoond in de weergave.

    Geblokkeerde regels tonen of verbergen

  3. Open de eigenschappen van de verbijzonderingstoewijzing.
  4. Ga naar het tabblad: Algemeen.
  5. Vink Geblokkeerd aan om de verbijzonderingstoewijzing te blokkeren.

    Je vinkt Geblokkeerd uit om de verbijzonderingstoewijzing te deblokkeren.

  6. Klik op: Opslaan en sluiten.

Direct naar

  1. Verbijzondering inrichten
  2. Functionaliteit Verbijzonderen activeren
  3. Instellingen bepalen
  4. Verbijzonderingsassen inrichten
  5. Verbijzonderingscodes toevoegen
  6. Verbijzondering autoriseren met gegevensfilters
  7. Verbijzonderingscodes koppelen aan grootboekrekeningen
  8. Verbijzonderingstoewijzingen blokkeren/deblokkeren
  9. Verbijzonderingstoewijzingen collectief verwijderen
  10. Voorkeur verbijzonderingen instellen
  11. Verbijzonderingsstructuur inrichten
  12. Verbijzonderingsafhankelijkheden
  13. Verbijzondering doorverdelen inrichten