Aangifte Vpb: Activa

Onder vaste activa wordt verstaan de bezittingen van een bedrijf waarvan het daarvoor benodigde vermogen voor een periode langer dan een jaar is vastgelegd. Voorbeelden hiervan zijn gebouwen, machines en installaties, en de transportmiddelen. Het zijn de bezittingen die een bedrijf gebruikt voor de bedrijfsvoering, niet om te verkopen.

De waardering van de vaste activa op de balans is: waardering = aanschafprijs - afschrijvingen.

Afschrijvingen worden bepaald aan de hand van de (geschatte) nuttige gebruiksduur van de activa voor het bedrijfsproces. De waarde is dus eigenlijk het niet afgeschreven deel van de aankoopwaarde. Sinds 1 januari 2007 is het afschrijvingspercentage van goodwill maximaal 10%. Voor andere bedrijfsmiddelen is het afschrijvingspercentage sinds 1 januari 2007 maximaal 20% op jaarbasis.

Voorbeeld: 

Wanneer je een nieuwe machine koopt voor € 45.000 en hem vervolgens drie jaar later weer verkoopt voor € 34.500, dan is de afschrijving dus € 45.000 - € 34.5000 = € 10.500 geweest, oftewel € 3.500 per jaar.

Inhoud

Immateriële vaste activa

Immateriële activa zijn vaste activa die niet tastbaar zijn. Het betreft bezittingen die wel een rol spelen in het financiële proces, maar nooit in het fysieke bedrijfsproces. Immateriële activa kunnen alleen op de balans opgevoerd worden, als zij een objectief bepaalbare waarde hebben. Over de waardering van immateriële activa zijn per soort verschillende afspraken vastgelegd. Uitgangspunt van de waardering is dat er een inschatting moet zijn van de nuttige gebruiksduur, de afschrijving per jaar is dan het waardeverlies over de totale tijd gedeeld door het aantal jaren nuttig gebruik.

Voorbeelden van immateriële activa:

  • Goodwill: dit is de constante waarde van de overwinst die een vennootschap genereert. Goodwill die je overneemt, is een bedrijfsmiddel waarop je kunt afschrijven.
  • Octrooien en patenten: dit zijn de rechten om een product in monopolie te maken.
  • Kosten van onderzoek en ontwikkeling: kosten die gemaakt worden om een product te ontwikkelen kunnen gespreid worden over de levenscyclus van het product.
  • Kosten van oprichting: het gaat hier bijvoorbeeld om notariskosten voor de oprichtingsakte, en kapitaalsbelasting.

Innovatiebox

Voor voordelen uit immateriële activa (die voldoen aan de voorwaarden van de innovatiebox), geldt op verzoek een tarief van 7% (vanaf 2018). De innovatiebox is ingevoerd om innovatief onderzoek door ondernemers fiscaal te stimuleren. Vanaf 1 januari 2017 gelden er nieuwe regels voor de innovatiebox. Bij alle immateriële activa die na 30 juni 2016 zijn voortgebracht wordt de nieuwe innovatiebox toegepast.

Om van de innovatiebox gebruik te mogen maken, gelden de volgende voorwaarden:

  • Je moet de immateriële activa zelf hebben ontwikkelt.

    Daar is sprake van als je zelf het speur- en ontwikkelingswerk hebt gedaan voor het immateriële activum én je dat voor eigen rekening en risico deed. (Deze voorwaarde geldt zowel voor kleinere als grotere belastingplichtigen)

  • Je hebt een S&O-verklaring gekregen voor het werk dat nodig was om de immateriële activa te ontwikkelen. (Deze voorwaarde geldt alleen voor kleinere belastingplichtigen)
  • Je hebt een S&O-verklaring gekregen voor het werk dat nodig was om de immateriële activa te ontwikkelen én je beschikt voor de immateriële activa over 1 van de volgende zaken:

    een octrooi, een kwekersrecht, ontwikkeling van nieuwe biologische gewasbeschermingsmiddelen, programmatuur, een vergunning om geneesmiddelen op de markt te brengen, een geregistreerd gebruiksmodel ter bescherming van innovatie, een aanvullend beschermingscertificaat verleend door het Octrooicentrum Nederland. (Deze voorwaarde geldt alleen voor grotere belastingplichtigen)

  • De voordelen van de immateriële activa moeten groter zijn dan de voortbrengingskosten die je hebt afgetrokken. Dit is de zogeheten boxdrempel.

Gegevens in de innovatiebox invullen:

De gegevens die betrekking hebben op de innovatiebox vul je via de volgende stappen in:

  1. Open Fiscaal InSite.
  2. Klik op: Fiscaal / Vpb.
  3. Selecteer de betreffende cliënt.
  4. Klik op: Vpb 20XX.
  5. Klik onder Specificaties op Innovatiebox.
  6. Vul de velden in. 
  7. Klik, als je alle gegevens hebt ingevuld, rechtsbovenin het scherm op Akkoord.

Restwaarde en nominale waarde invullen:

De restwaarde en de nominale waarde van de activa kun je invullen in een aangifte Vpb.

  1. Klik in de cockpit op Uitwerken vennootschappen.
  2. Klik op: Fiscaal uitwerken.
  3. Klik op: Post informatie.
  4. Vul de restwaarde en de nominale waarde in.
  5. Klik op: Akkoord.
Materiële vaste activa

Onder de materiële vaste activa vallen de bedrijfsmiddelen, de duurzame kapitaalgoederen die het vaste kapitaal van het bedrijf uitmaken. Tot de bedrijfsmiddelen behoren niet de goederen waarvan de kosten tot de lopende uitgaven van de onderneming gerekend kunnen worden en goederen die bestemd zijn voor de omzet.

De Boekwaarde begin boekjaar geef je alleen in als het de eerste aanschaf is van de vennootschap of als de waarde van het beginvermogen afwijkt van het eindvermogen van het vorige boekjaar.

Afschrijving Gebouwen, grond en machines

Voor gebouwen wordt een gebruiksduur van 30 à 50 jaar verondersteld. Gronden en terreinen slijten niet, hier wordt normaal gesproken ook niet op afgeschreven.

Voor machines en installaties hangt de gebruiksduur sterk af van hun aard en de mate van slijtage of veroudering. Dit geldt ook voor inventaris.

Per regel kun je een afschrijvingssysteem selecteren. Om het jaarlijks af te schrijven bedrag te schatten moet je allereerst schatten:

  • hoelang een bedrijfsmiddel in gebruik zal blijven;
  • wat de vermoedelijke restwaarde zal zijn.

Beperking afschrijving op gebouwen

De mogelijkheid tot afschrijving op gebouwen is met ingang van 1 januari 2007 beperkt. De afschrijving op gebouwen wordt voortaan stopgezet zodra de boekwaarde ervan beneden de zogenaamde bodemwaarde zakt. Bij deze bodemwaarde wordt onderscheid gemaakt tussen beleggingsvastgoed en vastgoed in eigen gebruik. Voor gebouwen die ter belegging worden aangeboden geldt de WOZ-waarde als bodemwaarde. Voor gebouwen in eigen gebruik geldt 50% van de WOZ-waarde als bodemwaarde. Voor VAMIL-investeringen geldt een uitzondering op deze regel.

Voor gebouwen die voor 1 januari 2007 zijn aangeschaft en waarop minder dan drie jaar is afgeschreven, mag volgens de overgangsregeling nog maximaal drie jaar volgens de voor 1 januari 2007 geldende methode worden afgeschreven.

Auto's en inventaris

Voor auto' s en transportmiddelen hangt de gebruiksduur sterk af van hun aard en de mate van slijtage of veroudering. Dit geldt ook voor inventaris.

Dieren

Met dieren wordt bedoeld: bedrijfsmatig gehouden rundvee, varkens, pluimvee, schapen, geiten, nertsen en konijnen. De winst op dieren wordt bepaald volgens het Besluit Landelijke landbouwnormen.

Je mag alleen afwijken van de vastgestelde normen als je aannemelijk kunt maken dat de normen, gelet op de specifieke situatie, te hoog zijn vastgesteld.

Plantgoed, pootgoed en boomopstanden

De winst op plantgoed, pootgoed en boomopstanden wordt bepaald volgens het Besluit Landelijke landbouwnormen. Je mag alleen afwijken van de vastgestelde normen als je aannemelijk kunt maken dat de normen, gelet op de specifieke situatie, te hoog zijn vastgesteld.

Overige agrarische materiële vaste activa

Als agrarische materiële vaste activa worden genoemd in het Besluit Landelijke landbouwnormen, dan wordt de winst daarover bepaald volgens dit besluit. Heeft de vennootschap een afwijkend boekjaar, dan kunnen meerdere besluiten van toepassing zijn.

Je mag voor deze activa alleen afwijken van de vastgestelde norm als je aannemelijk kunt maken dat de normen, gelet op de specifieke situatie, te hoog zijn vastgesteld.

Let op: 

Als de vennootschap een gebroken boekjaar heeft kunnen meerdere besluiten van toepassing zijn.

Financiële vaste activa

Een deelneming wil zeggen dat een bedrijf een bepaald deel van de aandelen van een ander bedrijf in bezit heeft. Een deelneming moet op de balans geboekt worden als een onderdeel van de vaste activa.

Een bedrijf kan om verschillende redenen deelnemen in een ander bedrijf:

  • Deelnemen om de eigen positie te versterken om zo op termijn het bedrijf volledig over te nemen.
  • Deelnemen om het bedrijf te ondersteunen met een kapitaalinvestering.
  • Deelnemen puur als investering wordt met name door banken en verzekeringsmaatschappijen gedaan om extra middelen rendabel weg te zetten.
Voorraden

Onder voorraad wordt verstaan:

  • aangekochte goederen die verder verkocht worden of gebruikt in het productieproces (grondstoffen, "raw materials")
  • goederen in bewerking (=g.i.b.) ook wel halffabrikaten genoemd ("work in process" WIP)
  • geproduceerde, afgewerkte producten
Liquide middelen

Liquide middelen is activa in de vorm van chartaal geld of giraal geld of andere beleggingen die op ontzettend korte termijn in geld kunnen worden omgezet.

Doorgaans gaat het - in strikte zin - om kasgelden, tegoeden op zichtrekeningen of op gewone depositoboekjes. In bredere zin worden vlot realiseerbare voorraden meegeteld. De ijzeren voorraad en eventuele strategische voorraden zijn niet liquide.

Het kan gebeuren dat er ook liquide passiva zijn (bijvoorbeeld negatieve saldi op een zichtrekening buiten het kader van een kaskrediet). In dat geval vormt het verschil tussen de liquide activa en passiva de netto liquide middelen.

De graad van liquiditeit van activa of passiva - is verbonden met de termijn waarop ze realiseerbaar (activa) of eisbaar (passiva) zijn. Zo hebben vorderingen op klanten (uitgaande facturen) doorgaans een hoge liquiditeit (positief), net als de leveranciersschulden (inkomende facturen) (negatief) - tenzij, in beide gevallen, lange betalingstermijnen overeengekomen zijn. Maar doorgaans worden die facturen niet als ultra kort beschouwd maar als middelen op korte termijn.

Melding lengte meldingsnummer te lang

Als er in de aangifte Vpb te weinig ruimte is om het volledige meldingsnummer EIA en MIA/VAMIL in te vullen, krijg je een melding.

Je mag in dit geval de eerste twee cijfers na de letter weglaten. Deze twee cijfers zijn onderdeel van de jaaraanduiding.

Voorbeeld:

Het meldingsnummer van de investering is 'M202098744'. In de aangifte over 2020 vul je in: 'M2098744'.

Direct naar

  1. Aangifte Vpb verwerken
  2. Stamgegevens
  3. Uitwerken vennootschappen
  4. Commercieel / Fiscaal uitwerken
  5. Algemene gegevens
  6. Activa
  7. Passiva
  8. Winstberekening
  9. Verliesverrekening
  10. Giften
  11. Niet-aftrekbare bedragen
  12. Belastbaar bedrag
  13. Belastingbedrag
  14. Investeringen / Desinvesteringen
  15. Bedrijfsgebouwen/-terreinen
  16. Aandeelhouders
  17. Deelnemingen
  18. Wijzigingen in de fiscale eenheid
  19. Herinvesteringsreserve
  20. Willekeurige afschrijving
  21. Omzetbelasting
  22. Voorzieningen
  23. Buitenlandse resultaten
  24. Objectvrijstelling
  25. Zeescheepvaart
  26. Ruling - verdeling
  27. Innovatiebox
  28. Agrarische onderneming
  29. Generieke renteaftrekbeperking
  30. Diversen
  31. Verificatie
  32. Controle aangifte Vpb
  33. Akkoord en ondertekening (Vpb)
  34. Conceptaangifte Vpb
  35. Rapportage aangifte Vpb
  36. Fiscale kaart Vpb