Betaalbestand verwerken
Een betaalopdracht zet je om naar een betaalbestand voor de bank. De Status van de betaalopdracht wijzigt in Onderweg.
Inhoud |
Betaalbestand genereren
Je genereert een betaalbestand en eventueel een opdrachtbrief.
Betaalbestand genereren:
- Ga naar: Financieel / Crediteur / Betaalopdracht.
- Selecteer de betaalopdracht die je zojuist hebt gemaakt.
- Klik op de actie: Verwerken betaalopdracht.
- Wijzig eventueel de locatie waar je het bestand op wilt slaan.
- Klik op: Voltooien.
- Je moet hierna het bestand zelf nog ophalen via de wachtrij:
- Klik op de actie: Wachtrij.
Je ziet alle taken met een status.
- Selecteer de batch taak Verwerken bankopdracht.
- Klik op de actie: Afhandelen.
Door regels uit de wachtrij af te handelen, zal Profit de bestanden overzetten naar het werkstation. De incasso- en betaalbestanden worden dan opgeslagen op de juiste locatie en eventueel de opdrachtbrief kan worden afgedrukt.
- Sluit het scherm af.
- Klik op de actie: Wachtrij.
Let op:
De betaalopdracht wordt definitief. Verwerk de betaalopdracht alleen als je zeker weet dat het bestand helemaal correct is. Na verwerking kun je de betaalopdracht niet meer wijzigen of verwijderen, alleen storneren behoort nog tot de mogelijkheden.
Opdrachtbrief apart afdrukken
Je kunt een opdrachtbrief voor de bank apart afdrukken. Een opdrachtbrief wordt vaak door de bank geëist als je de betaalopdracht inzendt aan Equens.
Opdrachtbrief apart afdrukken:
- Ga naar: Financieel / Crediteur / Betaalopdracht.
- Selecteer de zojuist verwerkte betaalopdracht.
- Klik op de actie: Opdrachtbrief.
SHA-controle bij SEPA-bestanden
Profit ondersteunt de SHA-controle (Secure Hash Algorithm) voor de beveiliging van betaalbestanden en incassobestanden. Dit hashtotaal is een controlegetal dat Profit berekent aan de hand van de rekeningnummers en bedragen die in het bestand staan. Voor ieder aangemaakt SEPA-bestand berekent Profit dit controlegetal conform de hashfunctie SHA-1 of SHA-256.
Als er wijzigingen in de regels van het bestand worden gedaan, dan herkent de bank dat het hashtotaal niet meer klopt en zal het bestand niet geaccepteerd worden. Op deze manier wordt er gegarandeerd dat niemand zomaar wijzigingen kan doen in een betaalbestand of incassobestand, voordat het bestand naar de bank gaat om in te lezen.
Het nieuwe controlegetal en de controlemethode slaat Profit op bij de opdracht en je kunt deze velden toevoegen aan de weergaven van de incasso- of betaalopdracht. Hiervoor zijn de velden Integriteitskenmerk en Methode integriteitskenmerk beschikbaar in de gegevensverzameling. Deze velden zijn aan de meegeleverde standaardrapporten voor de opdrachtbrieven voor SEPA toegevoegd. Voeg het veld Integriteitskenmerk ook toe aan de eigen rapporten en weergaven zodat je het bij de controle bij de hand hebt.
Je selecteert de controlemethode in de eigenschappen van het bankrekeningnummer. De controle die je selecteert is afhankelijk van de bank. Je kunt bij de bank navragen welke controle je moet toepassen.
Let op:
Het is pas mogelijk om het veld Integriteitskenmerk op het rapport te laten zien, als je in de eigenschappen van het bankrekeningnummer hebt aangegeven dat je werkt met de hash-controle. Dit stel je in via Algemeen / Inrichting / Instellingen betalingen / Bankrekening, tabblad Bankrekening. Vervolgens toont het rapport voor de opdrachtbrief dit kenmerk bij de volgende betaalopdracht gemaakt in SEPA. De betaalopdracht moet wel verwerkt zijn (status Onderweg) anders wordt de waarde van het integriteitskenmerk niet gevuld.
Na het uploaden van het bestand naar de bank toont de bank hetzelfde controlegetal waarna visuele controle mogelijk is. Bijvoorbeeld door de laatst 5 cijfers te vergelijken. Helaas bieden banken verder geen mogelijkheid tot controle. Welke bank dit controlegetal bij het uploaden wel of niet toont is bij AFAS niet bekend. Je kunt dit navragen bij de bank.